Feest van het (Boekenjagers)boek

Dit jaar, in 2021, bestaat de Facebookgroep De Boekenjagers vijf jaar.
In die vijf jaar bracht de oprichter van de groep, Veerle Nijs, een hele schare lezers enthousiast aan het boekenjagen en het lezen. Om de speciale verjaardag niet ongemerkt voorbij te laten gaan, bedacht Veerle een bijzonder cadeau voor de groep: een eigen boek.
Als auteur kon ik er helaas niet aan meewerken: het aantal voorziene pagina’s was al gereserveerd door andere schrijvers die hun bereidwillige medewerking verleenden. Dus zette ik mijn redacteursbril op en liet de getuigenissen en verhalen die binnenstroomden door mijn handen gaan. Het waren fijne maanden en ik keek uit naar de dag dat het boek in de winkel zou liggen.
Na maanden intensieve arbeid verscheen op 12 augustus Het Boekenjagersboek.
Uiteraard wilde ik dat vieren. Met de drop van een zwerfboek, hoe anders. Het werd een heuglijke drop, lees maar even mee.

Aan de voeten van pater Damiaan in Tremelo legde ik vanmorgen een zwerfboek (De minnegift) neer en ik wandelde verder. Nog voor ik de eerste Dijlebocht voorbij was, zag ik in de verte een fietser stoppen. Zou hij of zij het boek meenemen? Ik was te ver, ik kon het niet zien. Maar de fietser kwam mijn kant op en ik deed wat ik zelden doe: ik sprak haar, want het was een dame, aan. Of ze het zwerfboek had meegenomen, vroeg ik haar. Of ze De Boekenjagers kende? Nee, zei ze, nee, want ze zat niet op Facebook, maar ze was wel een gepassioneerde lezer, al een leven lang. Meteen waren we vertrokken voor een gesprek over lezen en over boeken. Hoe je ze kiest, waar je ze haalt, welke je het liefste leest, zoveel wederzijdse vragen, zoveel herkenbare antwoorden. We praatten over de boekentil, over De Boekenjagers, over leeslijsten op school, over LangZullenWeLezen en over deze speciale dag, de dag van het Boekenjagersboek!
‘Ik kan niet zonder verhalen,’ zei ik nadat we een hele tijd ervaringen hadden uitgewisseld, en klonk dat toch niet een tikkeltje te pathetisch? Niet voor haar, helemaal niet, want ze wees naar haar goedgevulde fietstassen en zei: ‘Ze gaan overal met me mee.’ En toen namen we afscheid. Haar naam ken ik niet en het zou het allergrootste toeval zijn mocht ik haar ooit nog een keer tegenkomen, maar ik heb het gevoel dat ik met dit gesprek, op de dag van het Boekenjagersboek, het feest dat lezen is heb gevierd.